Maar corona zou deze ontwikkeling kunnen versnellen, want minder menselijk contact verkleint de besmettingskans. Maar gaat daarmee niet de essentie van toerisme verloren? Gaat reizen niet juist om authentieke ervaringen opdoen en is menselijk contact daarbij niet een wezenlijk onderdeel? Gooien we, met andere woorden, daarmee niet het kind met het badwater weg?
Of het zo’n vaart loopt weet ik niet (en eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat Huijbens zelf ook toegaf dat hij wellicht wat overdreef), want menselijk contact lijkt me een basisbehoefte waar men niet lang zonder kan. Maar het is toch goed om aandacht te besteden aan de paradoxale kant van innovatie als we nieuwe producten op de markt zetten.
Innovaties kunnen tegelijkertijd zowel goede als slechte eigenschappen of consequenties hebben. Het risico bestaat dat organisaties bij het ontwikkelen van nieuwe producten en diensten te veel focussen op de voordelen en te weinig aandacht hebben voor de soms subtiele nadelen. Zeker als de innovatie voor het bedrijf efficiëntie impliceert, moeten we voorzichtig zijn dat we zo’n innovatie niet door de strot van de consumenten duwen. Denk aan chatboxen; die sparen wellicht arbeidskracht uit en zijn wellicht in bepaalde opzichten ook prettig voor consumenten, maar we weten ook dat sommige mensen zich hier niet prettig bij voelen.
Dat is geen pleidooi om terug te keren naar de Middeleeuwen, maar onderzoek heeft laten zien dat de interactie tussen mens en technologie een complexe zaak is en dat veel innovaties juist om die reden minder succesvol zijn geworden dan de techneuten onder ons hadden verwacht. Iets meer aandacht voor de paradoxen van innovatie is dus wellicht aan te bevelen.
Bas Hillebrand
Hoogleraar Innovation in tourism, Nyenrode Business Universiteit