SCHIPHOL - KLM en Transavia delen sinds 29 september gegevens van passagiers die op de No Fly-List zijn geplaatst vanwege ontoelaatbaar gedrag aan boord of op de grond. Passagiers krijgen bij beide maatschappijen een vliegverbod van vijf jaar als zij zich op een vlucht van Transavia of KLM misdragen. Hiermee zijn KLM en Transavia naar eigen zeggen de eerste maatschappijen die gegevens van passagiers uitwisselen voor de No Fly-List.
Door een vliegverbod bij Transavia door te trekken naar KLM en vice versa, wordt de reikwijdte van de getroffen maatregelen vergroot. Een passagier die vliegt met een KLM- of een Transavia-ticket en op de ‘No Fly-List’ wordt geplaatst, krijgt zo minder kans om de vliegveiligheid opnieuw in gevaar brengen bij de andere luchtvaartmaatschappij. Dit moet bijdragen aan het vergroten van de vliegveiligheid. Deze maatregel moet eveneens een preventieve uitwerking hebben, zo meldt KLM.
Groei meldingen ontoelaatbaar gedrag
Ontoelaatbaar gedrag aan boord is een groeiend probleem. In coronatijd groeide het aantal meldingen van ongewenst gedrag aan boord. KLM ontvangt gemiddeld vijf meldingen per maand van ontoelaatbaar gedrag waarbij de passagiers een vliegverbod krijgen. Bij Transavia gebeurt dit gemiddeld eens per maand. Hoewel het aantal meldingen na corona daalde, zien de luchtvaartmaatschappijen nu toch weer een stijging.
Complexe regelgeving
KLM en Transavia hebben intensief moeten onderzoeken hoe de zwarte lijsten op de juiste wijze met elkaar te delen zijn. Dit traject heeft lang geduurd omdat de luchtvaartmaatschappijen, zelfs terwijl zij onderdeel uitmaken van dezelfde groep, stuitten op complexe en soms onduidelijke regelgeving. Toch zijn beide luchtvaartmaatschappijen erin geslaagd om beleid en processen zo op elkaar af te stemmen dat het mogelijk is om deze gegevens te delen, met inachtneming van alle bestaande regelgeving rondom privacy.
Oproep aan politiek en autoriteiten
Door het stijgend aantal incidenten en de ernst en impact hiervan, pleiten Transavia en KLM ervoor om te onderzoeken of luchtvaartmaatschappijen onderling meer gegevens kunnen gaan delen om de vliegveiligheid te bevorderen. Zij doen daarom in de eerste plaats een oproep aan de politiek en autoriteiten om meer (juridische) mogelijkheden te creëren voor luchtvaartmaatschappijen zodat zij, tenminste binnen de landsgrenzen, informatie over ‘No Fly-Lists’ kunnen uitwisselen. Op termijn zou volgens hen toegewerkt moeten worden naar internationale regelgeving en harmonisatie.